Geologische berging is de veiligste eindbestemming voor hoogactief en/of langlevend afval, daarover bestaat een brede internationale consensus. Op Europees niveau werken de verschillende afvalbeheerinstellingen voor het onderzoek hierrond samen via het overlegplatform IGD-TP. Maarten Van Geet (coördinator RD&D) volgt dit voor NIRAS op.
Wat is het doel van het platform?
Maarten Van Geet: “Bedoeling is te komen tot het veilige beheer van al het radioactieve afval in Europa. Daarvoor zijn de verschillende afvalbeheerinstellingen uit twaalf landen verenigd in het overlegplatform IGD-TP (Implementing Geological Disposal of Radioactive Waste Technology). Ook bepaalde academici en onderzoeksgroepen maken er deel van uit. Het platform concentreert zich vooral op alle aspecten die te maken hebben met geologische berging. Hierbij zal het afval afgezonderd worden in een door de mens ontworpen installatie, honderden meters diep in een stabiele aardlaag."
"De waarde van zo’n netwerk met internationale experts in tal van verschillende onderzoeksdomeinen kan je moeilijk onderschatten. Zijn wij op zoek naar specifieke informatie, dan kunnen we altijd vragen of er al onderzoek verricht is en vice versa. Verder doen we ook een beroep op elkaar voor het reviewen van onderzoeksdocumenten en -resultaten.”
Gaat het enkel over het delen van informatie?
“Zeker niet, het platform behelst veel meer dan enkel kennis met elkaar delen. Zo zetten we ook samen concrete onderzoeksprojecten op, in functie van de noden van de verschillende landen. Daarnaast maakt onze samenwerking het ook mogelijk om op Europees niveau met één stem te spreken, wat handig kan zijn om bepaalde onderzoeksprojecten te kunnen lanceren. Want hoewel het platform in 2009 werd opgericht op initiatief van de Europese Commissie, zijn het nu de afvalbeheerinstellingen die instaan voor de volledige financiering ervan.”
Anticiperen op de toekomst
Welke meerwaarde kan NIRAS bieden aan andere landen?
“Eerst en vooral onze transparantie, zo staat al onze opgebouwde kennis en ervaring ter beschikking van onze Europese collega’s (en omgekeerd). Meer specifiek wordt vaak gekeken naar onze expertise rond beton als beschermingsmateriaal en klei als gastgesteente voor geologische berging. Beide zaken vergen heel wat onderzoek en daar hebben we toch al bijzonder veel rond bereikt. Denk maar aan het pionierswerk dat we verricht hebben met het ondergrondse onderzoekslaboratorium HADES, en waar we vandaag in de fase van de grootschalige bevestigingsproeven zitten. Meer algemeen wordt ook de zorg die we dragen voor onderzoek en de nauwgezetheid ervan sterk geapprecieerd.”
En omgekeerd, wat leren wij van de andere landen?
“Sommige landen staan al enkele stappen verder richting geologische berging. Zo is Finland al bezig met de bouw van een installatie en hebben Zweden en Frankrijk al geschikte locaties gekozen. In België is een principebeslissing richting geologische berging in voorbereiding op niveau van de federale regering. Nadien volgt een participatief project dat moet uitmonden in het vinden van een geschikte locatie voor de berging. Van de landen die al verder staan, kunnen we vooral leren uit de uitdagingen waar ze vandaag al mee te kampen hebben, bijvoorbeeld rond operationele veiligheid. Welke oplossingen zoeken ze daarvoor? Dat helpt om ons voor te bereiden en te anticiperen op deze uitdagingen.”
Grote lijnen uitzetten
Kan je wat meer vertellen over jouw specifieke rol binnen het overlegplatform?
“Voor NIRAS zit ik in de executive group van IGD-TP. Deze groep heeft een goed overzicht van de noden van de verschillende landen. We zetten de grote lijnen uit en bepalen de prioriteiten, onder andere welke projecten dringend zijn en voldoende gedragen worden door de leden. Eind vorig jaar hebben we onze onderzoeksprioriteiten hernieuwd en zes projecten naar voren geschoven. Daarvan worden er twee geleid door NIRAS.”
Licht je die twee onderzoeksprojecten nog even toe?
“Het eerste project gaat over de gassen die geproduceerd worden door de corrosie van metalen onder de grond. Dat is een van de belangrijkste uitdagingen waar we nog meer over moeten weten, zeker voor de landen die een berging in kleilagen voorzien. Het project loopt over een periode van vijf jaar en wordt mede gefinancierd op Europees niveau."
"Het andere project gaat over de terugneembaarheid van het radioactieve afval uit een geologische bergingsinstallatie. Vandaag definieert iedereen die term op zijn manier. Daarom moeten we nu eerst komen tot een gemeenschappelijke omschrijving om dan te kunnen kijken welke technische aspecten we gaan aanpakken. We kijken ook of er al landen verder staan met hun onderzoek hierrond en of we daar op kunnen verder werken.”
“Eind vorig jaar hebben we in het Europese overlegplatform rond geologische berging onze onderzoeksprioriteiten hernieuwd en zes projecten naar voren geschoven. Daarvan worden er twee geleid door NIRAS.”
Maarten Van Geet, NIRAS