Begin oktober vond in het bezoekerscentrum Tabloo een internationale workshop plaats. Tientallen deelnemers discussieerden er over hoe het participatieve proces rond bergingsprojecten voor radioactief afval bevorderd kan worden. Centraal in de workshop stond de betrokkenheid van jongeren. Een terugblik.
De workshop werd geïnitieerd door het Forum on Stakeholder Confidence (FSC), een werkgroep binnen het Nuclear Energy Agency (NEA) waar NIRAS een belangrijke rol in speelt. “Zulke initiatieven zijn essentieel voor ons”, vertelt Sigrid Eeckhout, verantwoordelijke communicatie en participatie van NIRAS, die de workshop in goede banen leidde. “Deel uitmaken van internationale netwerken is van groot belang voor ons. Zulke initiatieven vormen een uitgelezen kans om van elkaar te leren en kennis te maken met good practices en nieuwe inzichten. Zeker omdat je dan ook meteen met iedereen in gesprek kan gaan.”
Een open huis voor dialoog
Tijdens de workshop gaven diverse experts een presentatie. De spits werd afgebeten door Marc Demarche, directeur-generaal van NIRAS. In zijn openingstoespraak benadrukte hij dat zonder een breed maatschappelijk draagvlak zelfs de sterkste technische bergingsoplossing voor radioactief afval geïsoleerd staat: “Van bij het begin in dialoog gaan met de maatschappij en zo vertrouwen opbouwen, is een essentieel deel van onze aanpak. Daarom ben ik zo blij dat deze workshop in Tabloo plaatsvindt, want Tabloo is toch wel hét symbool van het maatschappelijk draagvlak voor het oppervlaktebergingsproject dat hier gerealiseerd wordt. Een open huis waar we in alle openheid met elkaar van gedachten kunnen wisselen en samen aan oplossingen werken.”
Projectleider oppervlakteberging Rudy Bosselaers blikte terug op de evolutie die NIRAS rond participatie doormaakte: “Vandaag zit participatie in ons DNA, maar dat was niet altijd zo. In de jaren negentig vertrokken we voor het oppervlaktebergingsproject nog van een zuiver technisch gegeven. We hadden bijna honderd locaties geselecteerd die in aanmerking kwamen voor een bergingsinstallatie, maar alle betrokken gemeentes zeiden neen tegen het radioactieve afval. Daar stonden we met onze plannen. Teveel grote infrastructuurwerken vertrekken nog altijd van dit DAD-principe (Decide Announce Defend). Deze projecten zijn dan ook vaak gedoemd om te mislukken. Bij NIRAS hebben we eind jaren negentig het roer omgegooid en zijn we beginnen werken volgens het ADD-principe (Announce Discuss Decide). Onder andere de buurgemeenten Dessel en Mol waren bereid om met ons een eventueel bergingsproject te onderzoeken.”
Doe je dit met of tegen mij?
Er werden twee partnerschappen opgericht om de inwoners te vertegenwoordigen: STORA uit Dessel en MONA uit Mol. Beide onderzochten in nauw overleg met NIRAS of het technisch mogelijk en maatschappelijk aanvaardbaar was om het radioactieve afval te bergen in hun gemeente. Beide partnerschappen engageerden hun eigen experts, tekenden mee de plannen voor de bergingsinstallatie uit en stelden hun voorwaarden om de bouw ervan toe te laten op hun grondgebied. Na een vijftal jaar onderzoek spraken ze zich positief uit en ook hun gemeenten deden dat. Vervolgens besliste de federale regering dat de bergingsinstallatie in Dessel zou komen en dat de maatschappelijke voorwaarden van beide partnerschappen gerealiseerd moesten worden. De gemeente Dessel nam zo de verantwoordelijkheid op zich voor een probleem dat heel het land aanging.
Een van de maatschappelijke voorwaarden was de oprichting van het bezoekers- en ontmoetingscentrum Tabloo. Anne-Lize Kochuyt, verantwoordelijk voor het luik bezoekerscentrum, vatte het participatieverhaal mooi samen met een inspirerende quote: “Whatever you do for me but without me, you do against me”. Dat hebben we duidelijk niet op die manier aangepakt voor Tabloo. Zo zijn het concept en de inhoud van het bezoekerscentrum volledig in co-design met de plaatselijke bevolking tot stand gekomen. Bijna twintig werkgroepen met mensen uit de omliggende gemeenten hebben zich gedurende jaren geëngageerd om Tabloo te maken tot wat het vandaag is.”
Nadenken met jongere generaties
Willy Melis van STORA en Jef Verrees van MONA maakten een stand van zaken op van de andere maatschappelijke voorwaarden en hadden het over de toekomst van de partnerschappen. Daarnaast onderstreepten ze ook de noodzaak om een ‘levend geheugen’ voor de bergingssite op te richten. Om manieren te vinden om kennis te verspreiden over de huidige en toekomstige generaties. Belangrijk, want de bergingsinstallatie zal gedurende meer dan 300 jaar mens en milieu afschermen van het radioactieve afval. In dat kader werd eerder dit jaar het project ‘Reporters van morgen’ gelanceerd. Een nieuwe jaarlijkse traditie met lokale lagere scholen uit Dessel en Mol, waarbij leerlingen nadenken over het belang van kennisoverdracht van generatie op generatie.
En dat brengt ons tot een van de hoofddoelen van deze workshop, namelijk jongeren bereiken en betrekken. “We waren dan ook blij dat er verschillende groepen jongeren aanwezig waren”, zegt Sigrid Eeckhout, die binnen het Forum on Stakeholder Confidence (FSC) de werkgroep ‘Youth involvement’ voorzit. “Zowel uit binnen- als buitenland en van verschillende leeftijdsgroepen: middelbaar en hoger onderwijs. Jongeren betrekken is trouwens niet alleen een doel van deze workshop, het maakt inherent deel uit van de werking van het FSC. Via een aparte werkgroep onderzoeken we de verschillende digitale en traditionele methoden om de jongere generaties te betrekken bij het beheer van radioactief afval. Belangrijk hierbij is dat jongeren niet alleen inspraak hebben, maar ook effectief de kans krijgen om zaken te veranderen.”
Muziek opent het thema afvalbeheer
Een van de deelnemende jongerenorganisaties was de Council of the young generation uit Duitsland. Farras Fathi: “Bedoeling van onze organisatie is om de ruimte en structuren te creëren voor een actieve en langdurige deelname van jongeren aan de zoektocht naar een locatie voor een toekomstige bergingsinstallatie. Daarbij willen we als jongeren zelf participatiebenaderingen ontwikkelen en actief geïntegreerd worden in het hele proces. Dat zal alleszins een werk van lange adem worden waarbij het belangrijk is om te begrijpen wat er beslist of veranderd kan worden, en hoe we daarop impact kunnen hebben.”
Verschillende sprekers van afvalbeheerorganisaties belichtten enkele van hun initiatieven voor het betrekken van jongeren in hun land. Ken Kaku (NUMO) uit Japan stelde verschillende projecten voor, gaande van een rondrijdende bus met een ‘geologisch laboratorium’, een wedstrijd over het maatschappelijk aspect van het afvalbeheer, lespakketten over geologische berging voor leerkrachten tot een nieuwe tentoonstelling in het Science Museum in Tokyo. Annabelle Quenet (Andra) uit Frankrijk had het dan weer specifiek over hun aanpak op sociale media. Hoe ze via partnerschappen met influencers en wetenschappers een heel nieuw en jong publiek kunnen bereiken en daarmee in interactie treden.
Een vreemde eend in de bijt was misschien wel de voorstelling van Hans Waege van het Belgian National Orchestra (BNO) over een concert dat op 2 december plaatsvindt in Brussel. Dit concert kadert in een ruimere samenwerking die NIRAS en het orkest aangingen om het thema radioactief afval via diverse initiatieven naar een breder en jonger publiek te brengen. Zo zullen in januari 2023 verschillende scholen kunnen deelnemen aan workshops en eenzelfde concert bijwonen. Speciaal voor deze voorstellingen creëerde beeldend kunstenaar Eva L’Hoest een videowerk dat de uitdagingen onderzoekt die het radioactieve afval stelt voor zowel de huidige als de komende generaties. Dat deed ze aan de hand van vier twintigste-eeuwse muziekwerken die tijdens de concerten gespeeld worden.
Participeren betekent ook beslissen
Terug naar de workshop. Deze ging niet alleen over het luisteren naar elkaar maar ook en vooral over het uitwisselen van gedachten. Daarom werden er verschillende rondetafelgesprekken in kleinere groepen georganiseerd, de resultaten ervan werden nadien voorgesteld aan iedereen. Enkele thema’s die aan bod kwamen: Vormen jongeren een aparte doelgroep? Wat zijn de eigenschappen van participatieprojecten die jongeren interesseren? Hoe zorg je ervoor dat beslissingen vandaag rekening houden met de bekommernissen van toekomstige generaties?
Speciaal voor de jongere deelnemers was er de mogelijkheid om in one-to-one gesprekken met experts, van zowel technische als maatschappelijke specialismen, vragen te stellen en van gedachten te wisselen. Daarnaast kregen ze ook de kans om een ‘serious game’ rond geologische berging te spelen. Het spel werd in 2016 ontwikkeld door het internationale netwerk SITEX, waar ook het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) aan deelneemt. Het vormt in feite een discussietool waarbij de deelnemers op een respectvolle manier met elkaar argumenten uitwisselen. Bedoeling is niet om tot de beste oplossing te komen, maar om de complexiteit van het afvalbeheer te begrijpen en het feit te omarmen dat het om veel meer draait dan enkel een technische issue. Voor de deelnemers vormde het alleszins een originele benadering die tot nadenken aanzette.
Een voorzichtige conclusie rond het betrekken van jongeren?
De woorden van een student van de Universiteit Antwerpen aan een van de rondetafelgesprekken zegt misschien nog het meeste: “We willen als jongeren wel betrokken worden als het onderwerp relevant is en een positieve impact kan hebben op de maatschappij. Maar we willen niet alleen gehoord worden, we willen ook iets kunnen veranderen. Participeren betekent ook mee beslissen.
Bedankt aan alle sprekers en deelnemers. Dit artikel belicht bepaalde delen van de workshop, het vermeldt niet alle sprekers noch geeft het de inhoud van alle presentaties weer. Een publicatie over de ‘lessons learned’ van de workshop verschijnt later nog. Klik hier voor meer info over het FSC.
Ontdek het bezoekerscentrum Tabloo op www.tabloo.com.