Onze industriële dochteronderneming Belgoprocess in Dessel nam eind vorig jaar een nieuwe opslagmodule voor laagactief afval in gebruik – een uitbreiding van een bestaand opslaggebouw. Intussen zijn er al heel wat vaten gestapeld in de module. Tijd voor een kijkje achter de schermen!
In de nieuwe opslagmodule komt laagactief afval terecht dat verwerkt werd in de CILVA-installatie bij Belgoprocess. “Die bevindt zich even verderop op de site in Dessel”, zegt François Migeot van NIRAS. “Na een grondige inspectie – uitgevoerd door onze eigen medewerkers – gaan de afvalvaten van de verwerkingsinstallatie naar de module. Daar worden ze vanop afstand gelost in de ontvangsthal.”
Veilig en efficiënt
Vanuit de ontvangsthal wordt het laagactieve afval vervolgens netjes gestapeld in de opslagzone van de module. De operatoren van Belgoprocess gebruiken daarvoor een rolbrug die ze besturen vanuit een afgeschermde controlekamer.
“Die manier van werken is bijzonder veilig en efficiënt. De rolbrug berekent tot op de millimeter nauwkeurig waar elk vat moet komen. Tijdens het stapelen houden meerdere camera’s alle handelingen in het oog.”
Piramide bouwen
De positie van de vaten is geprogrammeerd in een computersysteem, zo weten we steeds waar elk vat zich exact bevindt. “Via een raster met coördinaten wordt er stap voor stap een piramide gebouwd van vijf vaten hoog. Zo’n stapel in piramidevorm is zeer stabiel. Vanaf de tweede laag rust ieder vat op drie andere vaten."
Vijfduizend vaten
Vandaag, ongeveer drie maanden na de ingebruikname, zijn er al heel wat vaten met laagactief afval gestapeld in de module. “We verwachten dat er eind maart zo’n driehonderd vaten in het gebouw zullen staan”, zegt Migeot.
“Daarmee is de module nog lang niet gevuld. Die biedt plaats aan ongeveer vijfduizend vaten. De extra opslagcapaciteit helpt om de periode tot de opstart van de oppervlaktebergings-installatie te overbruggen.”
Meer over radioactief afval
Waar komt radioactief afval vandaan?
Net als bij tal van andere menselijke activiteiten, ontstaat er bij het gebruik van radioactieve stoffen ook afval dat niet meer gebruikt kan worden. Het grootste deel van het radioactieve afval komt vandaag van de kerncentrales van Doel en Tihange.
Een ander belangrijk deel is afkomstig van enkele voormalige nucleaire sites waar vroeger radioactieve stoffen gebruikt werden voor onderzoek. Of van laboratoria en ziekenhuizen, waar men ook met radioactieve stoffen werkt. In totaal telt ons land meer dan zeshonderd plaatsen waar radioactief afval geproduceerd wordt.
Waar ligt het afval opgeslagen?
Zodra het radioactieve afval verwerkt is, en NIRAS een grondige fysieke inspectie op de vaten heeft uitgevoerd, wordt het opgeslagen in aangepaste gebouwen bij Belgoprocess in Dessel. Daarbij wordt het afval ingedeeld in drie categorieën: laag-, middel- en hoogactief.
Die indeling is gebaseerd op het activiteitsniveau (hoe sterk is de straling) en op de aard van de stralingen die het afval uitzendt (alfa, bèta of gamma). Vandaag ligt in Dessel vooral laag- en middelactief afval opgeslagen en een heel beperkt deel hoogactief afval.
Waaruit bestaat laagactief afval?
Laagactief afval lijkt vaak op huishoudelijk of industrieel afval. Denk bijvoorbeeld aan filters, harsen en onderdelen van beschermingsmaterialen zoals kleding en handschoenen. Of aan papier, biologisch afval of ontmantelingsafval zoals beton dat in aanraking is gekomen met radioactieve stoffen.